Vandaag, maandag 1 maart, is het Nationale Complimentendag. Dat is natuurlijk nooit een slecht idee. Van een complimentje is nooit iemand slechter geworden en stonden we niet ooit massaal te applaudisseren voor al die mensen die hard aan het werk waren in de zorg? We noteren het braaf en bestellen alvast de bloemen en de doos Merci. 1 maart kan prima ingevoerd worden als een jaarlijks terugkerende afspraak in de digitale agenda.
‘Uw vriendelijkheid zij alle mensen bekend’, zo roept de apostel Paulus de gemeente in Filippenzen op. Dat is niet voor de duur van één dag. Dat is iets hardnekkigs. Iets wat je zo lang volhoudt totdat het uiteindelijk een structurele eigenschap van de gemeenschap rondom de Heer is geworden. Zo zijn zij, tot op het irritante af. Zo raken zij bekend. Altijd vriendelijk. Altijd zachtmoedig. Altijd gaat de ander voor. Zorgvuldig zoeken zij naar het goede in de ander en rusten niet voordat zij dat gevonden hebben. Daar is overigens in een wereld vol korte lontjes niets softs aan. Welbewust kiezen zij in dit bestaan voor de zachte krachten die het winnen zullen. Niet voor één dag. Maar voor altijd. Met de complimenten van Christus.
Wie kan uw complimenten, vandaag en ook daarna, goed gebruiken?
Deze veertigdagentijd is alleen anders dan andere jaren en we zitten in deze tijd aan de grenzen van het kunnen. Ook voor de Thomas is de vraag: ‘Wat hebben we nog in huis?’
Daarom staan deze veertig dagen bij de Thomas in het teken van oases van hoop in quarantainetijd.
Wees welkom om op adem te komen en bij te tanken. We geven wat woorden door. Maar ook liedjes en beelden van hoop. Kleine woorden en daden van verzet tegenover duivelse verleidingen om alles maar bij het oude te laten en de hoop op beter te laten varen. We vertellen wat ons vertrouwen geeft.